Gerger Kalesi, Arsameia aan de Euphrates. sporen van Koning Antiochos op grote hoogte

Gerger Kalesi van afstand gezien. Gerger Kalesi, het kasteel van Gerger, en de Verteller van het Oude hebben een lange geschiedenis samen. Sinds mijn eerste bezoek in 1999, ben ik er elk jaar meerdere keren naar toe gegaan. Ik heb de historische plek in mijn hart gesloten.

op weg naar Gerger Kalesi

Iemand had mij opmerkzaam gemaakt op deze plaats, alwaar nog overblijfselen uit de tijd van Antiochos te vinden zouden zijn. Vervoer om me er naar toe te brengen was moeilijk te vinden. Slechts één dolmus bestuurder wist, zo bezwoer hij, de weg. We vertrokken ’s ochtends vroeg want, zo vertelde Bayram, het zou een lange rit worden. Op de kaart leek de afstand wel mee te vallen, zo’n dertig kilometer vanaf de plek (Hotel Kervansaray) waar ik verbleef. Het eerste gedeelte van de reis verliep voorspoedig, de weg naar de plaats Gerger is geasfalteerd en goed onderhouden. De strenge winters veroorzaken regelmatig diepe gaten in het wegdek, ze worden in de aankomende zomer dichtgegooid en opnieuw geasfalteerd. Echter de temperatuur van het wegdek, meer dan 40 graden, veroorzaakt dat het asfalt maar moeilijk afkoelt. Slecht voor de banden.brug op de weg naar Gerger Kalesi.
Mijn chauffeur begon te aarzelen, zijn zelfverzekerdheid verdween. Af en toe stopten we om de weg te vragen. De stemming van Bayram zakte nog verder. Alle behulpzame mensen wezen een eind in de verte, naar een hoge bergrug. Een gebied dat mijn chauffeur absolute niet kende. Uiteindelijk zagen we een houten bord waarop Gerger Kalesi stond vermeld. Een zucht van verlichting ging door ons voertuig. Het einddoel lag binnen bereik. Althans dat dachten we. Tip1: vertrouw nooit zomaar een (houten) richtingaanwijzer. De weg liep over diverse bergtoppen, de gemiddelde snelheid bedroeg nog geen 10 kilometer per uur. Onze auto was volkomen ongeschikt voor het ruwe, bergachtige terrein. Waren we 5 kilometer doorgereden, in plaats van het bord te volgen, dan zouden we in een markant gebied terecht zijn gekomen. Tussen de rode rotsen ligt een moderne brug, ga daar overheen en een paar kilometer later staat u aan de voet van Gerger Kalesi. Hoe eenvoudig kan het zijn!

rondleiding over Gerger Kalesi

“Hoe simpel kan het zijn.” Aan dit zinnetje zult u nog regelmatig terugdenken, want vanaf dit moment is niets meer makkelijk. U kijkt steil omhoog. Loodrecht boven uw hoofd bevindt zich het kasteel van Gerger, Gerger Kalesi in het Turks.
Ze wordt zo genoemd omdat zich op de top de restanten van een Mammelukken burcht bevindt. Restanten van de muur die de burcht omgeven zijn zelfs van onderaf te zien. In 1999 beschikte ik over weinig informatie, er zouden ook overblijfselen uit de tijd van Antiochos te vinden zijn. Een uit de rotsen uitgehouwen beeld van koning Samos II, de grootvader van Antiochos, zou prachtig bewaard zijn gebleven. Toentertijd besloot ik langs de westelijke zijde, met de helling mee, omhoog te klimmen. Het terrein was bezaaid met rotsblokken en hoog gras. Op sommige plekken waren in de rotsen uitgehouwen, traptreden te herkennen. Hoe verder ik naar boven kwam, hoe duidelijker het werd dat het hier inderdaad om een toegangsweg ging. Gemakkelijk, gedurende honderden jaren in de rotsen uitgesleten, waren de karrensporen  te volgen. Ze leidden naar de top en plotseling stond ik tegenover te toegangspoort, slechts gescheiden door een diepe, droge gracht. Aan de overzijde, in de prachtige stenen gevel van de poort, is een Arabische inscriptie uitgehakt. Stel dat u over de verdwenen houten toegangsbrug had kunnen lopen, dan was u binnenin de poort nog een aantal inscripties in dezelfde taal tegengekomen. Tot op heden zijn ze niet vertaald.
Boek van Ainsworth, “Travels and Researches in Asia Minor, Mesopotamia, Chaldea and Armenia”, waarin hij ook Gerger Kalesi beschrijft.In het begin van de 19e eeuw trok de Brit, William Francis Ainsworth in opdracht van The Royal Geographical Society, door het gebied. Hij nam dezelfde route naar boven. Zijn bevindingen schreef hij neer in het in 1842 verschenen reisverslag “Travels and Researches in Asia Minor, Mesopotamia, Chaldea and Armenia”. “The Castle hill is separated from adjacent cliffs by an excavated way, which is crossed by a wooden bridge (!!!!), supported by central square pillars. The gateway is very handsome, and of Saracenic architecture, having an Arabic inscription over the portal, it leads into a covered way with three arches, and then by an open way, along the side of the rock to a second gate.”
Anderhalve eeuw geleden was het dus mogelijk om “gewoon” over de brug het fort binnen te lopen. Ainsworth beschrijft hoe hij bovenop het plateau komt, “Which contains the houses, and which is in a more dismantled condition.”
In zijn boekje noemt hij een aantal van 30 huizen welke bovenop Gerger Kalesi stonden. De benaming voor het kasteel was in de tijd van Ainsworth hetzelfde als in de onze. Honderdtachtig jaar geleden woonden er dus nog mensen op de top en was het fort vrij toegankelijk. Waarom er nog mensen woonden, beschrijft hij niet, misschien had het kasteel nog steeds een militaire betekenis? Hierop zullen we uitgebreid terugkomen!
Tegenwoordig wordt de berg alleen door geitenhoeders en hun dieren bezocht. Af en toe komt er eens een toerist, maar de meesten laten Gerger Kalesi links liggen. Onterecht, zoals u uit de rest van dit verhaal zult opmaken.
Wij keren terug naar de plek waar u uw auto heeft achtergelaten. Het is niet aan te raden om bij de hoofdpoort, door de gracht, naar boven te klimmen. Tip 2: ga nooit alleen naar Gerger Kalesi, het is er veel te steil en onherbergzaam. Een ongeluk zit in een klein hoekje, en zoveel mensen komen er dus niet.

Vanaf de parkeerplaats kijkt u in oostelijke richting tegen een bergrug Tijdens de klim naar Gerger Kalesi, krijgt u een prachtige blik op de Euphraat.aan. Hier klimt u tegenop en klautert tussen de rotsblokken door, over duizenden kleine steentjes waardoor u elk moment een paar meter terug kunt glijden. U begint hijgend adem te halen en denkt: “Waar ben ik aan begonnen?”. Maar geloof me, alle inspanning is de moeite waard. Neem uw tijd, laat uw ademhaling zich normaliseren. Kijk af en toe eens om u heen. U krijgt een prachtige blik op de Euphraat! Gerger Kalesi is namelijk strategisch gelegen. Vroeger, ook in de tijd van koning Antiochos, moet men hier de Euphraat hebben kunnen oversteken. Archeologisch bewijs is tot op heden voor deze stelling niet gevonden. De waterstand van de legendarische rivier is sinds de bouw van de Atatürk stuwdam aanmerkelijk gestegen, daarom zal het moeilijk zijn sporen voor deze bewering te vinden. We kennen uit de tijd van Antiochos in ieder geval twee oversteekplaatsen over de Euphraat. Eén bij de hoofdstad van Kommagene, Samosata, en één verder naar het zuiden bij Zeugma. Handelaren die op een van deze plaatsen wilden oversteken, moesten tol betalen. Kommagene, strategisch gelegen tussen het Romeinse Rijk en dat van de Parthen, profiteerde van de handel tussen beide grootmachten. Zo’n tactisch oord moest beveiligd worden. Aannemelijk is het daarom dat koning Antiochos hierom bovenop de bergtop een versterking heeft laten bouwen. Aanwijzingen zijn er voor. Op de top, in de muur van de Mamelukkenburcht, bevinden zich stenen die qua typologie teruggevoerd kunnen worden op de tijd van Antiochos.
De klim naar de Gerger Kalesi is mooizaam, soms moet een opstapje gemaakt worden. Anne ten Brink zwetend naar de top.Maar eerst moeten we er zien te komen. Terwijl u over het bovenstaande nadenkt, loopt u voorzichtig verder. Steeds dichter nadert u de rots die ogenschijnlijk recht omhoog de hemel in rijst. U vraagt zich af of u wel de goede weg genomen heeft, zo te zien is de rots niet te beklimmen. Eenmaal bij de rotswand aangekomen ziet u een geitenpaadje naar rechts lopen, pas op, ze is maar een meter breed. U volgt haar zo goed mogelijk, af en toe houdt Blik op de voet van Gerger Kalesi, in de Middeleeuwen hebben hier meer dan 30.000 mensen gewoond.ze op en moet u via een paar stenen een niveau hoger klimmen. Voor geiten geen probleem! Hoger en hoger komt u, beneden u, in de diepte, ziet u de overblijfselen van een middeleeuwse stad. De hedendaagse boeren hebben de restanten van de huizen gebruikt om wallen om de akkers te maken. Ongetwijfeld heeft u, op de weg naar de Kalesi de 12e eeuwse, deels ingestorte minaret gezien. Ze ligt op een respectabele afstand, een indicatie voor de omvang van de middeleeuwse stad.
Terug naar het geitenpaadje. Op sommige plaatsen langs het pad bevinden zich recent gegraven gaten, ze stammen van “schatzoekers”, mensen die menen in een archeologisch monument te moeten graven ten einde haar “schatten” te kunnen plunderen. Veel zullen ze niet gevonden hebben, de zandige klei is vanaf de top naar beneden gegleden en bevat mijns inziens niets van waarde. U ziet vele, kleine zowel als grotere, stukken middeleeuws aardewerk liggen. Pak ze op, bekijk ze, maar leg ze weer terug. In Turkije is het ten strengste verboden archeologische artefacten, hoe klein ook(!), mee te nemen.
Gerger Kalesi is nog niet opgegraven, slechts een enkele archeoloog heeft er (en dan nog oppervlakkig) naar gekeken. Vele geheimen van Zicht op deTunnel, in de tijd van Antiochos I Theos geconstrueerd.deze historische plek dienen nog ontrafeld te worden.
Plotseling wordt u zicht ruimer, het pad volgt niet meer de steile afgrond, verbaasd staat u stil. Vijftig meter voor u doemt een tunnel in de rotsen op. Het vraagteken op uw voorhoofd wordt groter. Toch vraag ik uw nieuwsgierigheid te bedwingen en nu even schuin, links omhoog te kijken. Precies boven u bevindt zich, uitgehouwen in de rotsen, een vier meter hoge afbeelding van Koning Samos. In de Griekse inscriptie laat Antiochos ons weten dat hij hiertoe opdracht heeft gegeven ter nagedachtenis aan zijn Koning Samos II, grootvader van Antiochos Theos van Kommagene, uitgehouwen in een rots op Gerger Kalesi.grootvader. Helaas heeft de inscriptie in de loop der jaren veel te lijden gehad.
Koning Samos draagt Perzische kleding, alle koningen van Kommagene worden op deze wijze afgebeeld. Het overgewaad is door middel van een koord, aan riem van de koning vastgemaakt. Rijden op een paard wordt hierdoor vergemakkelijkt, blijkbaar is hij net aangekomen. Op zijn hoofd draagt de koning een puntige tiara, het teken van zijn koninklijke waardigheid. De vader van Antiochos en tevens zoon van Samos, Mithradates I Kallinikos, wordt met dezelfde tiara afgebeeld. Antiochos draagt een andere tiara. Op de munten van Kommagene (zie het artikel hierover op mijn website), kunt u de verschillen duidelijk zien.
Samos is lopend afgebeeld. Eén van zijn voeten komt op u af.
Langs de linkerzijde van de koning staat de koningsstaf. Met zijn rechterhand houdt koning Samos een zgn. barsom vast. Het voorwerp is gemaakt van takjes en speelde een rol tijdens offerandes.
We laten koning Samos achter en volgen het geitenpaadje naar de tunnel. Opvallend is dat ze slechts een paar meter diep is en trapsgewijs naar beneden loopt. Aan de afgrondzijde heeft men een “stukje reling” laten staan. Wel zo veilig! Tijdens mijn bezoeken aan Gerger Kalesi hield ik hier altijd een poosje halt. Heerlijk de schaduw in de tunnel! Bovendien waait er altijd een goddelijk verkoelend briesje doorheen. Drinkend van het meegebrachte water, kijk ik mijmerend over de vlakte uit. Ondertussen gust het zweet uit al mijn poriën, normaal droogt het door de hitte onmiddellijk op, maar hier, in de schaduw, verlaat het in stromen mijn lichaam. Tip 3: neem bij een bezoek aan Gerger Kalesi minstens twee liter water per persoon mee. De zon brandt in de zomer genadeloos en schaduw is, behalve in de tunnel, nauwelijks te vinden. In 2009 liep ik hier ondanks al mijn kennis over de streek, een fikse zonnesteek op. Een ervaring die ik elk van mijn lezers wil besparen. Kijkje door de tunnel op Gerger Kalesi.
De datering van de tunnel is lastig. Gezien de wijze van construeren lijkt ze uit de tijd van Antiochos te komen. In Arsameia aan de Nymphaios bevinden zich meerdere tunnels, soms meer dan 150 meter lang, welke op dezelfde wijze zijn geconstrueerd. We tasten in het duister waarom juist hier een tunnel is aangelegd. Natuurlijk heeft de functie te maken met het makkelijker bereiken van een bepaald punt. Maar waar naar toe? Een toegangsweg naar de top is er niet geweest, nergens vanaf de bodem is langs deze zijde een spoor omhoog te zien. Mijns inziens kan de functie van de tunnel te maken hebben gehad met drie in de rotsen Rotsgraven in Gerger Kalesi. Lag hier Samos II, grootvader van Antiochos I Theos, begraven?uitgehouwen kamers. Ze zijn alleen vanaf de basis van Gerger Kalesi te herkennen. Drie donkere gaten zijn te zien, het vermoeden bestaat dat ze graven zijn geweest. Maar omdat Gerger Kalesi nooit echt onderzocht is, blijft de bevestiging van deze stelling voorlopig uit. De gaten liggen als het ware een klein eindje onder de beeltenis van Samos. Alsof de koning en de graven bij elkaar horen!
Ik zou, en waarschijnlijk u met mij, er graag eens een kijkje in nemen. Helaas zijn ze alleen met een goede klimuitrusting, langs de steile wand te bereiken. De enige die regelmatig een bezoekje aan de gaten aflegt, is een arend. Hij heeft er mogelijkerwijs zelf zijn horst.
Terug naar de tunnel. U volgt wederom het geitenpaadje, pas op want het gaat stevig naar beneden en ze is bezaaid met losse stenen. Menig maal ben ik onderuit gegaan en heb mijn handen opengehaald. U bent gewaarschuwd!
Toch is het de moeite waard om deze afdaling te ondernemen. sisterne (?) Gerger Kalesi, Een trap leidt diep de rotsen in.Ongeveer honderd meter verder, verborgen in het struikgewas, ligt de ingang van een in de rotsen uitgehouwen gang. De min of meer rechthoekige entree is niet zo groot, maximaal één vierkante meter. Aan weerszijden bevinden zich, in de verticale want, vierkante gaten. Waarschijnlijk een ophanging voor een (houten) deur, ter voorkoming dat ongenode beesten binnen kwamen. Direct na de entree gaat het anderhalve meter de diepte in, u ziet niets, u ogen zijn nog niet gewend aan de duisternis. Laat u voorzichtig zakken. Eenmaal binnen, in het schijnsel van de zaklantaarn, vallen de steile traptreden op. Ze zijn door stromend water sterk afgesleten, waardoor het afdalen wordt bemoeilijkt. De gang schijnt ongeveer 30 meter naar beneden te lopen, zelf ben ik nooit verder gegaan dan een meter of tien, en eindigt daar waar het water begint. De functie lijkt hiermee verklaard. Gedurende het hele jaar stroomt, door de rotsen, water naar beneden en voorzag de bewoners van Gerger Kalesi van heerlijk, koel vocht.
Na een moeizame klim keren we via het tunneltje terug naar de beeltenis van koning Samos. U klimt via de rotsen, vlak langs de koning. U ziet een paar in de rotsen uitgehouwen treden, alsof het vroeger ook de bedoeling was om hier langs te gaan. U bent nu vlak onder het plateau van Gerger Kalesi. Het laatste stukje gaat via een naar beneden geschoven lemen helling. Grote stukken aardewerk kruisen uw pad. Uiteindelijk komt u boven, een groene vlakte met bloeiende planten, doet uw hart overslaan. Na juni verdorren en verharden de planten, hun stekels kunnen uw benen flink openhalen.
Het plateau bestaat uit twee gedeelten. Het hogere gedeelte, aan uw rechterhand, is het deel waarop zich de kern van de Mamelukkenburcht bevindt. U ziet prachtige restanten van de stenen muur die het kasteel omgeven heeft, daar middenin valt de omtrek van een donjon (losstaande verdedigings- en woontoren) goed te herkennen.
Het plateau op de top van Gerger Kalesi.Anne ten Brink bij een cisterne op de top van Gerger KalesiWe lopen eerst over het lagere plateau in de richting van een boogvormige “gebouw”, een zgn. cisterne. Hierin verzamelt zich het drinkwater voor de bewoners van het plateau. Tegenwoordig vullen slangen en schildpadden het bekken. Op het plateau zijn meerdere cisternen te ontdekken, u kijkt gewoon naar de plekken waar het gras nog groen is en waar een enkele boom staat.
We lopen verder naar het noorden, u ziet de restanten van de door Ainsworth beschreven 19e eeuwse woningen. Aan de hand van de nog zichtbare stenen fundering krijgt u een beeld de grootte van de huizen.
We lopen door naar de uiterste noordelijke rand. Behalve een prachtig uitzicht over de Euphraat, waardoor de strategische ligging van Gerger Kalesi nogmaals onderstreept wordt, krijgt u hier een paar nog niet beschreven bijzonderheden te zien. Met dank aan de hedendaagse plunderaars. Een deel van de wand is ingestort, vlak daarnaast hebben vandalen gegraven, ze hebben m.i. een deel van de oorspronkelijke rand blootgelegd en daarbij een gedeelte onthuld Een Romeins kindergraf op het plateau van Gerger Kalesi.waar een monument (voor een dode?) heeft gestaan. Enkele menselijke(?) botten liggen over een groot oppervlakte verspreid. Achter u ligt, uitgehouwen in de rotsen, een ondiep kindergraf. Duidelijk is het ronde gat te zien, waardoor de lichaamssappen weer terugkeerden in de schoot van moeder aarde. Dergelijke graven waren typisch voor de Romeinse tijd, de tijd waarin ook Antiochos leefde! Beide voorbeelden geven een indicatie waarvoor dit gedeelte van Gerger Kalesi gebruikt is.
Wij lopen naar het noordoostelijke punt, waar nog enkele traptreden zichtbaar zijn. Hier zou een toegangsweg naar de top gelegen hebben. Gerger Kalesi, Mamelukken burcht op het hoge plateau.Tegenwoordig is hier nauwelijks meer iets van te herkennen.
Wij lopen door, langs de restanten van de huizen, in de richting van het hogere plateau. Ik neem u niet het kasteel mee in. Toch is zij zeker een bezoek waard. Nee, wij gaan naar het gedeelte waar nog veel te vinden is uit de tijd van Antiochos. Een nauwe passage vormt het begin. In de Mamelukken tijd waren hier stevige deuren geplaatst, in de rotsen ziet u nog de plekken waarin ze gescharnierd zaten. In de nauwe gang bevindt zich even verderop, nog eenzelfde constructie.
De NOMOS van Antiochos I gehouwen in de rotsen op Gerger Kalesi.Kijken we onderaan de rechter rotswand, dan valt een in zes rijen geschreven, Griekse inscriptie op. Wederom is, net als in de inscriptie onder het beeld van Samos, Antiochos aan het woord. Hij vertelt ons dat hier een hierothesion, heilige begraafplaats, van zijn voorouders is gelegen. Helaas noemt de koning geen namen. Aannemelijk is dat het in ieder geval gaat om Samos II, waarom zou Antiochos anders diens afbeelding hebben laten uithouwen. Antiochos geeft ons ook de naam waaronder “het kasteel” en de stad er omheen, in zijn tijd bekend stond. Arsameia aan de Euphraat! Genoemd naar koning Arsames, voorvader van Antiochos en levend in de derde eeuw voor Christus.
Zou het hierothesion ook aan hem gewijd zijn? Het zou zomaar kunnen! Bewijzen zijn er tot op heden nog niet voor gevonden. Terug naar de inscriptie. Antiochos geeft er zijn heilige wet (NOMOS) op weer, zij komt overeen met datgene wat hij geschreven heeft in Arsameia aan de Nymphaios. Elders in mijn website kunt u uitgebreide informatie over de NOMOS van Antiochos vinden. Naast Deel van het leeuwenvel van Heracles is nog zichtbaar op het weggewerkte handshake reliëf op gerger kalesi. de inscriptie ziet u een groot, rechthoekig in de rotsen uitgehakt vlak. Bij nadere bestudering valt op dat de beeltenis opzettelijk verwijderd is. Toch is met zekerheid te zeggen dat het hier gaat om een zogenaamd handshakereliëf. Aan de linkerzijde staat altijd de koning in zijn Perzische dracht afgebeeld. Aan de andere zijde staat een godheid. Het lijkt of ze net op elkaar toegelopen zijn. Beiden schudden elkaar hartelijk de hand. Ondanks dat op Gerger Kalesi de scene weg gebeiteld is, kan ik met grote stelligheid beweren dat het hier gaat om Koning Antiochos en Herakles. Met een beetje moeite valt de Koninklijke ceremoniële staf, geheel links, te herkennen. Dat het hier moet gaan om Koning Antiochos wordt indirect bewezen door eenzelfde reliëf in Arsameia aan de Nymphaios. Een mooier handshakereliëf heb ik nooit gezien! Adembenemend mooi!
In Arsameia aan de Euphraat heeft degene die verantwoordelijk is voor het weg beitelen van de afbeelding, een stukje vergeten. Een heel typerend stuk, namelijk een deel van het leeuwenvel van Heracles. De naakte godheid wordt door de Kommageners altijd afgebeeld met zijn leeuwenvel en zijn knots. Over het waarom van het wegbeitelen kunnen we alleen maar gissen. U vervolgt u weg in de Toegangspoort op Gerger Kalesi, van binnenuit gezien.richting van de toegangspoort uit de middeleeuwen. U staat in het midden van het grootste gewelf (er zijn er drie), haar voormalige schoonheid is her en der nog goed te herkennen. Helaas stort ze te steeds meer in, waardoor een verblijf in deze ruimte gevaarlijk wordt. Opvallend zijn de Arabische, onvertaalde, inscripties. U werpt nog snel een blik op de overkant van de diepe gracht. In gedachten ziet u Ainsworth, via de houten toegangsbrug, aankomen.
U loopt de toegangspoort weer uit. Klimt vervolgens via een geitenpaadje omhoog. U komt bovenlangs de gewelven en via hetzelfde geitenpaadje bereikt u, na een moeizame tocht, de tunnel uit de tijd van Antiochos. U hebt een rondje Gerger Kalesi gemaakt! Met spijt in het hart aanvaardt u de terugtocht. Uzelf voornemend ooit nog eens terug te keren. Misschien zullen we elkaar dan ontmoeten, want één ding is zeker. Ik kom absolute terug!

Laat u inspireren door mijn verhalen uit het verleden!