De bovenloop van de Tsjonger is voor archeologen een interessant gebied. Op de dekzandruggen langs het beekdal en in het broekveen bij haar oude meanders, zijn bewijzen te vinden van menselijke aanwezigheid gedurende de interstadialen tegen het einde van de laatste ijstijd. Jagers-verzamelaars van de Hamburg- en Federmesser (Tjonger-) cultuur lieten er hun fraai bewerkte vuursteen artefacten achter.
Tussen Makkinga en Oosterwolde ligt Lochtenrek, de lokale benaming voor een vroegere oversteekplaats of voorde bij een oude Tsjonger-meander. Het gebied is onder archeologen bekend naar aanleiding van Laat Paleolithische vondsten door amateur archeoloog Popping in de jaren dertig van de vorige eeuw; Popping noemde ze destijds “de fraaiste artefacten van ons land. Een deel van het gebied is thans een archeologisch monument.
Sinds het begin van deze eeuw wonen wij in een woonboerderij op een dekzandrug tussen Makkinga en Oosterwolde, in het verlengde van het beschermende archeologisch monument Lochtenrek. De eerdere bewoonster, een dame op leeftijd, merkte dat ik geïnteresseerd was in geschiedenis en archeologie. Zij kwam op de proppen met een paar door haar man op het erf gevonden artefacten. Ze vertelde: “Een amateurarcheoloog vertelde dat de fraaiste ervan een klingschrabber is van de Hamburgcultuur. Zo’n 14.000 jaar oud. Omdat jij geïnteresseerd bent in oude dingen geef ik hem aan jou.”
Dat was het begin van een gestaag groeiende verzameling erfvondsten zoals schrabbers, stekers, klingen en pijlpunten. Meerdere archeologen (Jaap Beuker, Evert Kramer, Sake Jager en Marcel Niekus) beoordeelden de vondsten als bijzonder. Archeoloog Jager opperde na eenvoudig booronderzoek de aanwezigheid van een Hamburg-doorgangskampje. Een leuke anekdote: er zijn geen oudere erfvondsten bekend in Noord-Nederland. Om meer kennis hieromtrent te vergaren volgde ik tijdens mijn RUG-deeltijdstudie Geschiedenis als bijvak een Archeologie-onderdeel genaamd Jagers-verzamelaars. De archeologische geschiedenis van het Laat-Paleolithicum tot het Neolithicum ligt op ons erf voor het oprapen. Een gelukkig toeval.
De naam Lochtenrek droeg ik voor als naam voor de nieuwe N381-brug over de Tsjonger. Sake Jager noemde het gebied ook zo in zijn samen met Evert van Ginkel geschreven boek “Archeologie van de Stellingwerven” Ruim twintig namen werden ingediend maar door zijn archeologische geschiedenis koos een commissie van wijze mannen voor de naam Lochtenrek
Tegenwoordig liggen al mijn artefacten in een vitrinekast in ons huis. Ze kijken uit over een deel van de vindplaats, en ze herinneren mij eraan dat onze voorouders de plek net zo speciaal vonden als wij tegenwoordig! Een fantastisch gevoel!!Een verhaal van Wiebe van der Vliet, familie van vuistbijlvinder (Ureterp) Hein van der Vliet en zelf woonachtig op historische grond. Het verhaal van Wiebe is gedeeltelijk overgenomen. U kunt het originele artikel vinden (en veel meer lezenswaardigheden) op www.archeoweb.nl .
Klik hier voor meer verhalen van (amateur)archeologen en hun vondsten.
Keyphrase dichtheid: historische grond, historische grond, historische grond